TOON 100 jaar in Carré
Op maandag 12 december 2016 naar een afgeladen Carré geweest voor TOON 100 Jaar, een ode aan de honderd jaar geleden in Sittard geboren Toon Hermans. Het was voor de wat ouderen onder ons een nostalgische avond. Behalve Freek de Jonge en Paul van Vliet, die tevens de Toon Hermans Award (https://www.nrc.nl/nieuws/2016/12/13/toon-bezongen-en-geeerd-op-feestelijk-gala-5772983-a1536393) uitgereikt kregen van de over de erfenis van zijn vader wakende Maurice Hermans, waren het jongere kunstenaars zoals Hadewych Minis, Lisa Meyvis, Chantal Janzen, en Wende die de liedjes van Toon charmant ten gehore brachten.
In de kranten en commentaren kon worden opgestoken dat het bijzondere van Toon Hermans was dat hij door zijn timing en stiltes de lach te voorschijn wist te toveren van een heel groot publiek. Zelfs Freek de Jonge, die een verdienstelijke poging deed zijn stijl te imiteren, kon daar toch niet helemaal bij komen.
Het bijzondere van de avond was ook dat we iets meer te zien kregen van wie hij was en hoe zijn tamelijk ongelukkige jeugd zijn latere drijfveer voor het zoeken naar waardering van zijn vader moet hebben gegeven. En vertederend waren de beelden van hem met zijn vrouw Rietje die altijd mee ging en die hem vleugels gaf.
Waarom liet hij de tijd stilstaan?
Ik heb na afloop nagedacht of ik onder woorden kon brengen waarin Toon Hermans nu uitblonk. Inderdaad wist hij iets bijzonders te maken van het gewone en alledaagse, zoals vele commentatoren herhaalden. Maar wat is het bijzondere van het alledaagse? Ik denk dat het niet vanzelfsprekend is dat iemand het bijzondere van het alledaagse inziet. Zelf ben ik met mijn aandacht vaak bij het op weg zijn naar iets dat in de toekomst gaat gebeuren of dat ik graag zou willen laten gebeuren. Zodoende ga ik voorbij aan het bijzondere van het moment. Achteraf kan ik wel het bijzondere van iets dat gebeurde inzien, maar op het moment dat het erop aan komt ben ik niet in het nu. Ik beleef het bijzondere dus achteraf en niet als het gebeurt. Een eerste bijzonderheid van Toon Hermans was dat hij het NU wist te rekken door zijn stiltes. Het NU werd zo ervaarbaar voor de mensen. Bijna de hele avond maakte hij tot een NU, zijn oogopslag of houding waren al voldoende om de mensen te laten lachen. Hij liet de tijd stilstaan.
Hoe kom je tot het bijzondere van het alledaagse?
Er is nog een tweede element. We zijn vaak geneigd iets pas bijzonder te vinden als het maar eens in de zoveel tijd gebeurt, als de koning verschijnt of we naar een groot artiest kijken. Maar ik heb recent gemerkt dat een handje van mijn kleindochter krijgen als ik haar van school ophaal eigenlijk veel meer tot mijn hart doordringt dan al die zogenaamd grote gebeurtenissen. Je moet oog krijgen voor het bijzondere van het alledaagse en daarvoor moet je hart open staan. Je hart brengt je bij het moment. Deze kwaliteit lijkt simpel maar vertegenwoordigt de hoogste kunst, die Toon Hermans heel goed verstond. Hij liet in het moment van het NU de werkelijkheid van het open hart ervaarbaar worden. Dat is een werkelijkheid van menselijkheid, van liefde voor de strevende mens in al zijn kleine gedoe. Als alles heel gewoon is komt de hemel nabij. Dat is de paradox. Juist dan merk je het niet op want het is zoals je het zou wensen, het is normaal. Maar normaal is niet normaal, het is het wonder van de stromende liefde. Dat kan alleen door iemand opgemerkt worden die zelf de liefde in zich voelt stromen en daardoor in staat is datzelfde gevoel in zijn toeschouwers op te roepen. En zodra die onderlinge coherentie tussen kunstenaar en publiek tot stand is gebracht, hoeven er nog nauwelijks woorden te worden gezegd. Alleen wie dat liefdevolle mededogen voor het menselijke aanwezig kan maken, zal Toon Hermans kunnen evenaren. Dat is maar weinigen gegeven.
Dat het uiteindelijk bij hem om de liefde gaat kwam onmiskenbaar naar voren in het slotlied dat Wende zong. De liefde niet alleen naar de ander maar voor al het andere van de schepping: de zee, het strand, de vogels, de bloemen, de ruimte, de tijd, de maan, de zon, maar vooral de liefde tussen ons als man en vrouw. Zo simpel was het, is het en zal het altijd zijn.
Als de liefde niet bestond
Als de liefde niet bestond
Zullen ze stilstaan de rivieren,
En de vogels en de dieren,
Als de liefde niet bestond.
Als de liefde niet bestond
Zal het strand de zee verlaten.
Ze hebben niets meer te bepraten
Als de liefde niet bestond.
Als de liefde niet bestond
Zal de maan niet langer lichten,
Geen dichter zou meer dichten,
Als de liefde niet bestond.
Nergens zouden bloemen staan
De aarde zou verkleuren.
Overal gesloten deuren
En de klok zou niet meer slaan.
Als de liefde niet bestond,
Dan was de hele vrijerij bedorven,
De wereld was gauw uitgestorven
Als de liefde niet bestond.
Als de liefde niet bestond
Zou de zon niet langer stralen,
De wind zou niet meer ademhalen,
Als de liefde niet bestond.
Geen appel zou meer rijpen
Zoals eens in ’t paradijs.
Als wij elkaar niet meer begrijpen
Dan wordt de wereld koud als ijs.
Ik zou sterven van de kou,
Mijn adem zou bevriezen
Als de liefde zou verliezen.
Er is geen liefde zonder jou.
Donderdag 15 december 2016